
Plant van de Maand augustus
Rosa ‘Gertrude Jekyll’ – De Engelse klimroos
In augustus geurt de tuin op haar volst – het zonlicht verzacht, de dagen worden iets korter, en de bloei bereikt haar rijpe hoogtepunt. In deze fase van het seizoen komt Rosa ‘Gertrude Jekyll’, een Engelse klimroos van uitzonderlijke klasse, volledig tot haar recht. Met haar intens dieproze rozen, klassieke bloemvorm en krachtige geur staat ze symbool voor alles wat een romantische tuin moet zijn.
Deze roos is niet alleen een lust voor het oog, maar ook een ode aan zintuiglijkheid: haar geur is weelderig, haar bloei genereus, en haar uitstraling tijdloos. Als klimmer langs muren, pergola’s of rozenbogen tovert ze elke plek om tot een rozenparadijs met Engelse grandeur.
Verkiezing tot publieksfavoriet – Chelsea Flower Show 2025
Tijdens de prestigieuze Chelsea Flower Show in mei 2025 werd Rosa ‘Gertrude Jekyll’ door het publiek verkozen tot de meest geliefde roos. Uit een selectie van tientallen klassieke en moderne rassen werd deze Engelse schoonheid geroemd om haar intense geur, sierlijke bloemvorm en rijke bloei.
De verkiezing werd georganiseerd door de Royal Horticultural Society (RHS), die bezoekers en liefhebbers wereldwijd liet stemmen op hun favoriete roos. Het resultaat bevestigt wat veel rozenkenners al lang wisten: ‘Gertrude Jekyll’ is een icoon – klassiek, krachtig en tijdloos geliefd.

Botanisch profiel
Wetenschappelijke naam: Rosa ‘Gertrude Jekyll’
Nederlandse naam: Engelse klimroos ‘Gertrude Jekyll’
Familie: Rosaceae (rozenfamilie)
Planttype: Doorbloeiende, bladverliezende klimroos
Bladeren: Samengesteld, glanzend donkergroen, typisch rozenblad
Bloei: Juni tot ver in oktober
Bloemkleur: Intens dieproze, iets lichter in het centrum
Bloemtype: Vol, rozetvormig, 10–12 cm diameter
Geur: Klassieke, krachtige damastrozengeur
Hoogte: 2,5 tot 3,5 meter als klimmer
Winterhardheid: USDA zone 5–9 (tot -20 °C)
Herkomst en naamgeving
Deze cultivar werd in 1986 geïntroduceerd door de Britse rozenveredelaar David Austin, die wereldberoemd werd met zijn “Engelse rozen” – hybriden die de geur en vorm van oude rozen combineren met de herhaalbloei van moderne soorten.
De naam Gertrude Jekyll eert een van de invloedrijkste tuinontwerpsters uit de Britse geschiedenis. Ze was een pionier in het combineren van kleur, textuur en geur in natuurlijke borders en inspireerde een hele tuinstijl. Haar nalatenschap leeft voort in de tuinen van Engeland én in deze iconische roos die haar naam draagt.
Bloeiwijze en geurbeleving
De bloemen verschijnen in meerdere golven van juni tot laat in het najaar. Elke bloei brengt volle, rijkgevulde rozen voort met een bijna perfecte symmetrie. De bloemen openen als strakke knoppen en ontvouwen zich langzaam tot klassieke, komvormige rozetten met een subtiele kleurverloop van midden naar rand.
Maar het is de geur die deze roos werkelijk onsterfelijk maakt. Een krachtig parfum van klassieke damastroos met kruidige ondertonen – sterk, verfijnd, en onvergetelijk. Op warme avonden vult deze geur de lucht en maakt ze van elke wandeling door de tuin een zintuiglijke ervaring.

Standplaats en groeiwijze
Gertrude Jekyll kan zowel als stevige struikroos als klimroos worden toegepast. Als klimmer is ze bijzonder geschikt voor muren, hekken, pergola’s of rozenbogen, mits ze goed wordt aangebonden en geleid. De stelen zijn stevig en licht gebogen, waardoor ze zich makkelijk laten vormen.
Lichtbehoefte: Minimaal 6 uur zon per dag voor overvloedige bloei
Bodem: Diep losgemaakt, humusrijk, goed gedraineerd en licht kalkhoudend
Voet: Voorkeur voor open standplaats, maar niet in de brandende middagzon
Standplaats: Luchtig, zonnig, beschut tegen harde noordoostenwind
Groeiwijze: Opgaande struik, tot 3,5 m hoog geleid als klimmer; groei krachtig maar beheersbaar
Snoei en onderhoud
Zoals alle Engelse rozen vraagt deze cultivar regelmatige snoei om vitaal en bloeirijk te blijven. Snoei bevordert herhaalde bloei én voorkomt dat de plant veroudert of verhout.
Snoeitijd:
-
Vorm- en verjongingssnoei: Vroege voorjaar (februari–maart)
-
Verzorgingssnoei: Door de zomer – verwijder regelmatig uitgebloeide bloemen
Snoeimethode:
-
Leid hoofdtakken horizontaal langs steunstructuur (voor meer bloei)
-
Zijscheuten terugknippen tot 3–5 ogen boven het oude hout
-
Oude, zwakke of schurende takken volledig verwijderen
-
Verjong de plant elke paar jaar door één of meerdere oudere basistakken te vervangen
Tip: Gebruik stevige, lange handschoenen – deze roos heeft opvallende, scherpe doornen.
Vruchten en ecologische waarde
Indien uitgebloeide bloemen niet worden verwijderd, kunnen in de herfst rozerode bottels verschijnen – een subtiele herfstversiering en geliefd bij vogels. De bloemen zijn rijk aan nectar, vooral in warme zomers, en trekken bijen, hommels en vlinders aan.
Ecologische functie:
-
Nectarbron voor bestuivers
-
Bottels als voedselbron voor vogels
Cultivars en verwante soorten
Hoewel Gertrude Jekyll op zichzelf al een alleskunner is, zijn er andere Engelse rozen die haar uitstekend aanvullen of vervangen in andere kleuren of geuren:
-
‘The Generous Gardener’ – Elegant roze, mild geurend, met lichte groei
-
‘James Galway’ – Doornarme, zachtroze klimroos met krachtige opgaande groei
-
‘Claire Austin’ – Roomwit, zeer geurig, ideaal voor koelere noordmuren
-
‘Tess of the d’Urbervilles’ – Dieprood met romantisch overhangende takken
Combineer haar met lavendel, salvia, campanula of digitalis voor een klassieke Engelse border.Aanplant en verzorging
Winterhardheid en seizoensbeeld
Volledig winterhard in heel Nederland en Vlaanderen, mits goed geplant. In de winter verliest ze haar blad, maar de houtige takken en gestructureerde groei geven nog steeds architecturale waarde. De silhouetten tegen een lichte muur blijven sierlijk en geven de tuin ook in rustseizoen karakter.

Conclusie
Rosa ‘Gertrude Jekyll’ is een roos met karakter, klasse én charisma. Als klimmer voegt ze geur, kleur en structuur toe aan muren en pergola’s, en vormt ze een harmonieus geheel met andere zomerse bloeiers.
Of je nu een formele rozentuin aanlegt of een romantische hoek in een landelijke setting creëert – deze roos doet wat een echte koningin doet: heersen met stijl.
✅ Spectaculaire geurroos met diepe kleur
✅ Doorbloeiend van juni tot laat in de herfst
✅ Ideaal als klimmer op warme, zonnige plek
✅ Aantrekkelijk voor bijen en vlinders
✅ Publieksfavoriet – Chelsea Flower Show 2025
Campsis radicans – De Zomertrompet
In juli neemt de zomer bezit van de tuin, en geen klimplant belichaamt deze warmte en weelde zo overtuigend als Campsis radicans, de trompetklimmer. Deze krachtig groeiende klimplant valt op door haar spectaculaire trompetvormige bloemen in vurige tinten oranje, rood of geel. Ze is niet alleen een blikvanger, maar ook een magneet voor bestuivers – een zuiderse schoonheid die zelfs in gematigde tuinen thuis hoort, mits op een warme en beschutte plek.
Met haar uitbundige bloei, zuidelijke uitstraling en natuurlijke aantrekkingskracht is Campsis radicans de ultieme zomerkoningin onder de klimplanten.
Botanisch profiel
-
Wetenschappelijke naam: Campsis radicans
-
Nederlandse naam: Trompetklimmer
-
Familie: Bignoniaceae (trompetboomfamilie)
-
Planttype: Houtige, bladverliezende klimplant
-
Bladeren: Samengesteld, veervormig, glanzend groen
-
Bloei: Juli tot september
-
Bloemkleur: Oranjerood, rood, of geel afhankelijk van cultivar
-
Bloemtype: Trompetvormig, 6–10 cm lang, in eindstandige trossen
-
Hoogte: Tot 10 meter, mits goed ondersteund
-
Winterhardheid: USDA zone 7 (tot -15 °C); bescherming aangeraden in koude streken

Herkomst en verspreiding
Oorspronkelijk afkomstig uit het zuidoosten van de Verenigde Staten, groeit Campsis radicans van nature in warme, vochtige gebieden waar ze bomen en struiken beklimt. Ze werd in de 17e eeuw naar Europa gebracht en vond al snel haar weg naar tuinen in warme en gematigde klimaten. Dankzij haar krachtige groei, tropische uitstraling en opvallende bloemen werd ze snel geliefd in parken, kloostertuinen en later ook in informele en mediterrane tuinstijlen.
Bloeiwijze en geurbeleving
De bloei van Campsis radicans is spectaculair: lange trossen met felgekleurde, trompetvormige bloemen sieren de uiteinden van jonge scheuten. De bloemen verschijnen gedurende de hele zomer, van juli tot in september. Elke bloem is een kunstwerkje op zich – buisvormig, wijd uitlopend, en schitterend contrasterend tegen het frisgroene loof.
De bloemen verspreiden een zachte geur en zijn bijzonder rijk aan nectar, wat ze onweerstaanbaar maakt voor bijen, hommels, vlinders – en in haar oorspronkelijke habitat zelfs kolibries. De bloei wordt elk jaar rijker naarmate de plant ouder wordt en goed gesnoeid wordt.
Standplaats en groeiwijze
Campsis radicans klimt met behulp van luchtwortels, waarmee ze zich hecht aan muren, schuttingen en pergola’s. Deze zelfhechtende groei maakt haar ideaal voor verticale oppervlakken, maar vereist begeleiding en soms begrenzing, want eenmaal aangeslagen groeit ze met grote kracht.
-
Lichtbehoefte: Volle zon is cruciaal voor bloeirijkdom – minimaal 6 uur zon per dag
-
Bodem: Goed doorlatend, voedselrijk, liefst kalkhoudend
-
Voet: Voorkeur voor warme voeten – voetkoeling is niet nodig
-
Standplaats: Warme, beschutte plek uit de noordoostenwind
-
Groeiwijze: Snelle groeier (1–3 meter per jaar na vestiging), krachtige houtige stengels
Snoei en onderhoud
Regelmatig snoeien is essentieel om vorm, bloei en vitaliteit te behouden. Campsis bloeit op jonge scheuten van het lopende seizoen, dus drastische snoei is mogelijk en zelfs gewenst.
-
Snoeitijd: Vroeg voorjaar (februari–maart)
-
Methode:
-
Snoei jonge zijscheuten terug tot 2 à 3 knoppen op de hoofdstam
-
Oude of chaotisch groeiende takken volledig verwijderen
-
Begeleid groei horizontaal of waaiervormig voor maximale bloei
-
-
Let op: Zonder snoei ontstaat snel een wild, struikgewas

Vruchten en ecologische waarde
Na de bloei kunnen langwerpige, boonvormige zaaddozen verschijnen. Deze openen zich in de herfst en verspreiden talrijke gevleugelde zaden. Hoewel zaadzetting in koelere zomers beperkt blijft, voegen de peulen in warme jaren een extra sierwaarde toe aan de herfsttuin.
Ecologische functie:
-
Nectarbron voor bijen, hommels, vlinders
-
Dekking en schuilplek voor vogels en kleine tuindieren
-
Structuurplant in biodiverse tuinen
Cultivars en verwante soorten
Er bestaan enkele fraaie cultivars van Campsis radicans en verwante soorten:
-
‘Flava’ – Gele bloemen, iets compacter, bijzondere kleur
-
‘Mme Galen’ (Campsis × tagliabuana) – Roodoranje bloemen, rijkbloeiend, populairste hybride
-
Campsis grandiflora – Oost-Aziatische soort met grotere bloemen, minder winterhard, eleganter blad
Deze soorten zijn onderling kruisbaar en kunnen goed gecombineerd worden met andere zonminnende klimplanten zoals Passiflora, Jasminum officinale, of zelfs een contrastvormer als Parthenocissus.
Aanplant en verzorging
-
Planttijd: Vroege lente of najaar (bij voorkeur maart/april of oktober)
-
Plantafstand: Minimaal 50 cm van muren; plant nooit te nat
-
Diepte: Plant net zo diep als in de pot; wortelhals mag droog blijven
-
Bemesting: Jaarlijks compost en organische mest in het vroege voorjaar
-
Water: Regelmatig in het eerste jaar, daarna droogtetolerant
Winterhardheid en seizoensbeeld
Hoewel Campsis radicans redelijk winterhard is tot -15 °C, kan late vorst schade aanrichten aan jonge scheuten. Jonge planten profiteren van een mulchlaag of tijdelijke winterbescherming. Oudere exemplaren zijn veerkrachtig en herstellen snel.
In de winter verliest ze haar blad, maar de structuur van de houtige ranken blijft zichtbaar en decoratief. Vooral tegen muren behoudt ze een opvallende silhouetvorm, die ook in het koude seizoen bijdraagt aan het tuinsilhouet.
Conclusie
Campsis radicans is een vurige zomerbloeiende krachtpatser met een onmiskenbare zuidelijke uitstraling. Ze combineert dramatische bloemen met natuurlijke groeikracht en is bij uitstek geschikt voor warme gevels, pergola’s of zonnige tuinmuren.
✅ Bloeirijk van juli tot september
✅ Spectaculaire bloemen met tropische flair
✅ Aantrekkelijk voor bijen en vlinders
✅ Zelfhechtend – geen klimsteun nodig
✅ Zeer geschikt voor zuid- en westgerichte muren

Plant van de Maand Juni
Rosa ‘Girlande d’Amour’ (Lenalbi) – De Romantische Liefdesguirlande
Juni is de maand waarin de rozen hun glorietijd beleven, en onder hen schittert Rosa ‘Girlande d’Amour’ als een elegante, geurige klimmer die romantiek en natuurlijke sier in zich verenigt. Deze doorbloeiende moschata-hybride combineert een luchtige groeiwijze met een lange bloeitijd en een verfijnde geur, waardoor ze uitblinkt in zowel klassieke als ecologische tuinen.
Botanisch profiel
Wetenschappelijke naam: Rosa ‘Girlande d’Amour’
Synoniem (kwekersnaam): Rosa ‘Lenalbi’
Nederlandse naam: Doorbloeiende klimroos
Familie: Rosaceae (Rozenfamilie)
Planttype: Bladverliezende, doorbloeiende klimroos
Bladeren: Gezond, licht glanzend, matgroen
Bloei: Juni tot oktober, met meerdere golven van bloei
Bloemkleur: Zuiver wit met een crèmegeel hart
Bloemtype: Halfgevuld, 15–25 bloemblaadjes, in grote trossen
Geur: Sterk, muskusachtig, zoet en licht kruidig
Hoogte: 2,5 – 4 meter
Breedte: 1,5 – 2,5 meter
Winterhardheid: Zeer goed (USDA zone 5–6, tot -20 °C)

Herkomst en verspreiding
Deze roos werd in 1993 geïntroduceerd door de Belgische rozenveredelaar Louis Lens, als onderdeel van zijn bekende moschata-hybridenlijn. ‘Girlande d’Amour’ is ontstaan uit een kruising van Rosa moschata-achtergrond met modernere genetica, wat resulteerde in een plant met de charme van oude rozen en de voordelen van moderne ziekteresistentie en doorbloei. Sindsdien heeft de roos wereldwijd aan populariteit gewonnen in romantische en natuurlijke tuinstijlen.
Bloeiwijze en geurbeleving
De bloei is uitbundig en elegant: grote, luchtige trossen met wel twintig bloemen tegelijk sieren de plant vanaf juni tot diep in de herfst. De bloemen zijn wit met een zachte crème nuance in het hart en openen zich tot halfgevulde rozetten. De geur is een van haar meest opvallende eigenschappen: een intens muskusachtig aroma met een licht kruidige ondertoon. Deze geur trekt niet alleen tuinliefhebbers aan, maar ook een scala aan insecten.
Standplaats en groeiwijze
‘Girlande d’Amour’ groeit als een losjes klimmende struikroos die goed geleid kan worden over pergola’s, hekken of schuttingen. De plant hecht zich niet zelf, maar laat zich gemakkelijk leiden.
Lichtbehoefte: Volle zon tot lichte halfschaduw (meer zon geeft rijkere bloei)
Bodem: Goed doorlatend, voedselrijk, licht kalkhoudend
Voetkoeling: Rozen houden van een luchtige standplaats; vermijd natte grond rond de wortels
Windbeschutting: Gewenst op open standplaatsen
Groei: Tot 3 à 4 meter hoog, afhankelijk van steun en snoeiwijze
De groei is transparant en luchtig, waardoor ze niet snel overheerst of verstikt.

Vruchten en ecologische waarde
Wanneer uitgebloeide bloemen niet worden verwijderd, vormt ‘Girlande d’Amour’ kleine, decoratieve bottels in de herfst. Deze bottels dienen als voedselbron voor vogels en dragen bij aan de biodiversiteit in de tuin.
Ecologische functies:
-
Aantrekkelijk voor bijen, vlinders en andere bestuivers
-
Structuur en bladerdek bieden dekking voor insecten
-
Bottels vormen herfstvoedsel voor vogels zoals merels en lijsters
Deze roos past uitstekend in ecologisch verantwoorde en diervriendelijke tuinontwerpen.
Cultivars en verwante soorten
‘Girlande d’Amour’ behoort tot de Lens-selecties binnen de moschata-hybriden. Andere verwante cultivars uit deze groep zijn onder meer:
-
Rosa ‘Mozart’ – roze met wit oog, speelse trossen
-
Rosa ‘Rush’ – zalmroze tinten, compacte groei
-
Rosa ‘Guirlande Rose’ – soortgelijke groeiwijze, roze bloemen
Combinaties in de tuin kunnen bijvoorbeeld gemaakt worden met:
-
Clematis viticella ‘Étoile Violette’ – paarskleurig, zomers bloeiend
-
Nepeta faassenii, Geranium ‘Rozanne’, Salvia nemorosa – voor onderbeplanting
-
Lavendel, Thalictrum, Verbena bonariensis – luchtige zomerstructuren
Winterhardheid en seizoensbeeld
Rosa ‘Girlande d’Amour’ is volledig winterhard tot -20 °C. In de winter is de structuur kaal, maar het silhouet van de overgebleven takken biedt een decoratief winters beeld. Door haar transparante groei blijft ze ook in bladloze toestand luchtig en elegant.
Bij vorstschade loopt de plant in het voorjaar opnieuw uit vanuit de basis of lagere ogen.
Conclusie
Rosa ‘Girlande d’Amour’ (Lenalbi) is een uitzonderlijk sierlijke klimroos met een romantische uitstraling, een uitbundige en langdurige bloei, en een opvallend muskusachtig parfum. Ze combineert esthetische charme met ecologische waarde en is zeer geschikt voor natuurlijke, klassieke en romantische tuinen.
-
Rijke bloei van juni tot laat in de herfst
-
Heerlijke geur met nostalgische flair
-
Goed ziekteresistent en makkelijk te onderhouden
-
Aantrekkelijk voor bijen, vlinders en vogels
-
Ideaal voor muren, pergola’s en informele rozenborders
Een roos die niet alleen je tuin siert, maar ook geur, leven en karakter toevoegt – een waar liefdeslint voor wie bloemen zoekt met inhoud.

Plant van de Maand Mei: Clematis montana – De Voorjaarswaterval
Mei luidt de bloeitijd in van een van de meest spectaculaire klimplanten die onze tuinen kent: Clematis montana, ook wel bekend als de bergclematis. Deze energieke voorjaarsbloeier tooit zich in een wolk van bloemen en betovert muren, pergola’s en bomen met haar romantische uitstraling en uitbundige bloei. Wie verlangt naar een tuin vol geur, kleur en leven, wordt in mei rijkelijk beloond door deze botanische waterval.
Botanisch profiel
-
Wetenschappelijke naam: Clematis montana
-
Nederlandse naam: Bergclematis
-
Familie: Ranunculaceae (Ranonkelfamilie)
-
Planttype: Houtige, bladverliezende klimplant
-
Bladeren: Samengesteld, tegenoverstaand, vaak bronskleurig bij jonge groei
-
Bloei: April tot mei (soms tot begin juni)
-
Bloemkleur: Melkwit, zachtroze tot lavendelachtig, afhankelijk van variëteit
-
Bloemtype: Enkel, vierdelig, vlinderachtig en licht geurend
-
Hoogte: Tot 10 meter bij volwassen exemplaren
-
Winterhardheid: Tot -20 °C (USDA zone 6)

Herkomst en verspreiding
Clematis montana vindt haar oorsprong in de koele hellingen van de Himalaya, waar ze zich een weg slingert langs rotswanden, bosranden en struikgewas. Vanuit Nepal, Birma en China vond ze in de 19e eeuw haar weg naar Europese tuinen. Dankzij haar spectaculaire voorjaarsbloei en snelle groeikracht groeide ze al snel uit tot een geliefde favoriet onder tuinontwerpers en liefhebbers van natuurlijke, informele tuinstijlen.
Bloeiwijze en geurbeleving
De bloei van Clematis montana is ronduit weelderig: duizenden stervormige bloemetjes van vier tot zes centimeter doorsnede openen zich vrijwel gelijktijdig. De kleuren lopen uiteen van helderwit tot poederroze of mauve, afhankelijk van de cultivar. De bloemen verschijnen op hout dat het jaar voordien is gevormd, wat de snoeitiming cruciaal maakt.
Sommige variëteiten, zoals Clematis montana var. rubens of Mayleen, verspreiden een delicate vanille- of amandelgeur die bijen, vlinders en tuinliefhebbers aantrekt. De bloei is niet alleen een visueel spektakel, maar ook een zintuiglijke beleving.
Standplaats en groeiwijze
Deze klimplant klimt met behulp van rankende bladstelen, die zich om steunpunten wikkelen. Hoewel hij zichzelf niet vasthecht, groeit hij moeiteloos langs hekwerken, pergola’s, schuttingen of zelfs oude bomen.
-
Lichtbehoefte: Zon tot halfschaduw; meer zon geeft rijkere bloei
-
Bodem: Goed doorlatend, humusrijk en liefst kalkhoudend
-
Voetkoeling: Mulch of bodembedekkers houden de wortels koel en vochtig
-
Windbeschutting: Beschut tegen harde wind; jonge scheuten zijn kwetsbaar
-
Groei: Tot 3 meter per jaar in gunstige omstandigheden
Snoei en onderhoud
Clematis montana behoort tot snoeigroep 1, wat betekent dat ze bloeit op oud hout.
-
Snoeimoment: Direct na de bloei (juni)
-
Snoeimethode: Verwijder dode of zwakke scheuten en begeleid de groei. Verjongingssnoei is mogelijk, maar niet jaarlijks nodig
-
Waarschuwing: Snoei in het voorjaar leidt tot verlies van bloei
In kleinere tuinen is regelmatige snoei aan te raden om de groeikracht binnen de perken te houden.

Vruchten en ecologische waarde
Hoewel Clematis montana geen opvallende vruchten vormt, heeft de bloei ecologisch veel te bieden:
-
Nectar en stuifmeel voor bijen, zweefvliegen en vroege vlinders
-
Dichte begroeiing biedt nestelruimte voor vogels
-
De uitgebloeide ranken en zaden voegen in de herfst een natuurlijke charme toe
Cultivars en verwante soorten
Er bestaan talrijke variëteiten met subtiele verschillen in kleur, geur en bladkleur. Enkele geliefde cultivars zijn:
-
C. montana var. rubens: Zachtroze bloemen, roodbruin blad, subtiel geurend
-
C. montana ‘Mayleen’: Geurend, bronsgroen blad, zeer populair
-
C. montana ‘Elizabeth’: Poederroze bloemen, sterk geurend
-
C. montana ‘Grandiflora’: Grote witte bloemen, uitbundige bloei
-
C. montana ‘Tetrarose’: Oudroze tint, extreem rijkbloeiend
Voor een seizoenslange bloei kan Clematis montana worden gecombineerd met latere soorten zoals Clematis viticella (snoeigroep 3).
Aanplant en verzorging
-
Planttijd: Najaar (oktober-november) of vroege lente
-
Plantdiepte: Zet de kluit ongeveer 5 cm dieper dan in de pot
-
Voeding: Jaarlijks compost en organische meststof (februari-maart)
-
Water: Regelmatig bij droogte, vooral de eerste jaren
Winterhardheid en seizoensbeeld
Clematis montana is volledig winterhard, al verliest ze in de herfst haar blad. Bij strenge vorst kunnen jonge scheuten invriezen, maar de plant herstelt zich doorgaans zonder problemen. Het silhouet van de ranken in de winter draagt bij aan een natuurlijke, seizoensgebonden tuinsfeer.
Conclusie
Clematis montana is een van de meest betoverende en betrouwbare voorjaarsbloeiers in ons tuinpalet. Met haar overvloedige bloei, natuurlijke uitstraling en snelle groeikracht is zij een ware aanwinst voor zowel natuurlijke als gestructureerde tuinen.
✅ Rijke bloei in mei
✅ Geurend en insectenvriendelijk
✅ Snelgroeiend en winterhard
✅ Veelzijdig toepasbaar – van gevel tot pergola

Plant van de Maand April: Akebia quinata – De Chocoladewingerd
April is de maand waarin de lente haar hoogtepunt nadert en de natuur op volle kracht ontwaakt. In deze periode bloeit een van de meest opvallende en mysterieuze klimplanten in het Nederlandse tuinbeeld: Akebia quinata, ook wel bekend als de chocoladewingerd. Deze sierlijke en geurige plant verdient terecht een prominente plaats in het lenteplantenscala.
Botanisch profiel
Wetenschappelijke naam: Akebia quinata
Nederlandse naam: Chocoladewingerd
Familie: Lardizabalaceae
Planttype: Houtige klimplant, semi-wintergroen
Bladeren: Handvormig samengesteld met vijf ovale blaadjes
Bloei: Maart tot april
Bloemkleur: Purper tot chocoladebruin
Vrucht: Langwerpige paarsblauwe peulvrucht (bij succesvolle bestuiving)
Geur: Lichtzoet, met chocolade- en vanilletonen
Hoogte: Tot 10 meter bij gunstige omstandigheden
Winterhardheid: Tot -15 °C (klimaatzone 7)

Herkomst en verspreiding
Akebia quinata is inheems in gematigde bosgebieden van China, Japan en Korea. Daar groeit de plant in bosranden, kloven en langs rivieroevers, vaak op halfbeschaduwde plekken. Hij werd in Europa geïntroduceerd in de 19e eeuw als sierplant via botanische tuinen en veredelaars, mede dankzij de exploraties van plantenverzamelaars zoals Philipp Franz von Siebold.
Bloeiwijze en voortplanting
De bloei van Akebia quinata is zowel esthetisch als botanisch opmerkelijk. De plant produceert trossen met mannelijke en vrouwelijke bloemen op dezelfde plant (monoecisch), maar de bloemen zijn gescheiden. De vrouwelijke bloemen zijn groter, donkerpaars tot bruin gekleurd, en hangen aan korte steeltjes. De mannelijke bloemen zijn kleiner, met prominente meeldraden die stuifmeel produceren.
De bloemen verspreiden een subtiele, zoetige geur die doet denken aan vanille en cacao. Deze geur is het gevolg van vluchtige aromatische verbindingen die bestuivers aantrekken, met name bijen en kevers. Bestuiving vindt meestal plaats door insecten, maar kruisbestuiving tussen genetisch verschillende planten is noodzakelijk voor vruchtvorming.
Standplaats en groei
Akebia quinata is een krachtige groeier die zich ideaal leent voor verticaal tuinieren. Omdat de plant zich niet vasthecht met hechtwortels of zuignappen (zoals klimop), is een stevige klimstructuur vereist, zoals een pergola, rekwerk of draadframe.
Lichtbehoefte: Volle zon tot halfschaduw. Meer zon bevordert een rijkere bloei.
Bodem: Goed doorlatend, humusrijk en matig vochtig.
Vocht: Regelmatig water geven tijdens droge periodes; geen natte voeten.
Windbestendigheid: Matig; best beschermd planten tegen uitdrogende wind.
In gunstige omstandigheden kan de plant tot 1 meter per jaar groeien. In milde winters blijft hij deels groen; bij strenge vorst verliest hij zijn blad, maar loopt in het voorjaar weer uit.
Verzorging en snoei
Akebia heeft de neiging om snel en uitbundig te groeien. Zonder ingrijpen kan hij nabijgelegen beplanting overwoekeren of houten structuren volledig bedekken.
Snoeimoment: Direct na de bloei (mei tot begin juni).
Snoeimethode: Terugsnoeien tot 1/3 of 1/2 van de lengte van de jonge scheuten. Oude, houtige stengels kunnen tot aan de basis worden verwijderd om de plant te verjongen.
Onderhoud: Jaarlijkse inspectie op verdroging, wildgroei en structuurbehoud.

Vruchten en eetbaarheid
Bij succesvolle kruisbestuiving ontstaan langwerpige, purperblauwe vruchten van 5 tot 10 cm lengte. De binnenzijde bevat een geleiachtige pulp met eetbare, mildzoete smaak en zwart glanzende zaden.
Opmerking: De vruchten ontstaan meestal alleen als er minstens twee genetisch verschillende exemplaren van Akebia in elkaars nabijheid staan. De meeste solitaire exemplaren in tuinen vormen zelden vrucht.
In de Japanse keuken worden de vruchten incidenteel geconsumeerd; zowel rauw als verwerkt in zoetwaren of likeuren. De vlezige vruchtwand wordt soms gevuld en gebakken.
Ecologische waarde
Akebia quinata biedt een waardevolle bijdrage aan de biodiversiteit in de tuin:
-
Vroege nectarbron voor bijen en zweefvliegen
-
Beschutte schuilplaats voor kleine dieren en broedvogels
-
Niet giftig voor mens of dier, dus ook geschikt voor gezinstuinen
Hoewel Akebia in delen van Noord-Amerika als invasief wordt aangemerkt, vormt hij in Europa onder normaal onderhoud nauwelijks een bedreiging voor inheemse flora.
Cultivars en verwante soorten
Enkele bijzondere variëteiten zijn:
-
Akebia quinata ‘Alba’: met zeldzame crèmekleurige bloemen
-
Akebia quinata ‘Shirobana’: witbloeiend, zeer decoratief
-
Akebia trifoliata: met drie deelblaadjes in plaats van vijf, iets robuuster van vorm
Let op dat cultivarvariaties soms verschillen in bloeikracht, geur of groeisnelheid.
Ziekten en plagen
Akebia quinata is een opvallend gezonde plant die weinig last heeft van ziekten. Incidenteel kunnen zich bladluizen of slakken aandienen op jonge uitlopers. In droge zomers kunnen spintmijten optreden, vooral in kasomstandigheden. Natuurlijke vijanden en ecologisch beheer zijn doorgaans voldoende.

Culturele en symbolische waarde
In de Japanse volkscultuur wordt de akebi geassocieerd met lente, eenvoud en verlangen. Het verschijnen van de bloemen markeert het einde van de winter en het begin van een vruchtbare periode. De plant wordt in poëzie en kunst vaak als metafoor gebruikt voor schoonheid die zich niet opdringt, maar zich langzaam ontvouwt.
Conclusie
Akebia quinata is een subtiele maar opvallende lentebloeier met een combinatie van esthetische, ecologische en culinaire kwaliteiten. Zijn elegante groeiwijze, karakteristieke geur en bloei in de vroege lente maken hem tot een waardevolle aanvulling op elke sier- of natuurtuin. Met minimale verzorging biedt hij jarenlang charme en biodiversiteit, en verdient hij zonder twijfel de titel “Plant van de Maand April”.

